Een van ons

Met de leeskring lazen we Een van ons, geschreven door Richard Wright, een Amerikaans schrijver. De oorspronkelijke titel luidt Native son. Eind jaren ’80 van de vorige eeuw was er al eens een Nederlandse vertaling en die droeg de titel Zoon van Amerika.

Op de foto kun je de flaptekst lezen:

450 bladzijden te lezen, verdeeld in drie boeken of hoofdstukken, zo je wilt: Angst, Vlucht, Noodlot. Gevolgd door een belangrijke toelichting door de schrijver. De eerste twee boeken lezen als een bloedstollende misdaadroman. Ik moest het boek af en toe wegleggen – en las het niet voor het slapengaan, zo spannend vond ik het… In het derde boek zit Bigger Thomas, de hoofdpersoon, gevangen en zie je de Amerikaanse klassenjustitie aan het werk. Dat wat je als lezer al voelt in de eerste twee boeken, wordt hier feilloos geïllustreerd.

Richard Wright is een zwarte Amerikaanse schrijver. Hij put deels uit eigen ervaring. Hij is ook geïnspireerd door een rechtszaak in het Chicago van de jaren 1930. Hij werd in 1908 geboren op de plantage Travellers Rest bij Natchez in de Amerikaanse staat Mississippi. Hij groeide op in een arm, verscheurd gezin. Zijn vader was niet in staat vrouw en kinderen te onderhouden en liet hen in de steek toen Richard een paar jaar oud was. De kinderen zwierven met moeder, grootmoeder en tantes van de ene stad naar de andere. Wright wist op eigen karakter de lagere school te voltooien, las alles wat hem in handen kwam en vertrok in 1927 naar Chicago in de hoop daar leefbaarder omstandigheden aan te treffen dan in het racistische zuiden.

Richard Wright schrijft in de naturalistische traditie die gedurende de jaren dertig onder geëngageerde schrijvers in de Verenigde Staten herleefde en heeft zeker het werk van de Europese naturalisten grondig bestudeerd. Denk daarbij aan Emile Zola (1840 – 1902), Henrik Ibsen (1828 – 1906) en Leo Tolstoi (1828 – 1910). In 1947 vertrok Wright naar Parijs – hij was het racisme in de Verenigde Staten kotsbeu. Hij stierf in 1960, officieel als gevolg van een hartaandoening; volgens vele vrienden is hij vermoord. Vast staat in ieder geval dat Wright sedert de jaren zestig door diverse Amerikaanse inlichtingendiensten permanent werd gevolgd.

Native son werd in 1940 uitgegeven en het heeft nog niets aan actualiteit ingeboet. Het boek toont in mijn ogen aan dat de mensheid niet in staat blijkt om een vreedzame en respectvolle samenleving op te bouwen… Hebzucht en machtswellust zijn vooralsnog de drijfveren van de meeste machtsdragers, met als onderliggende oer-emotie de angst. Het moge duidelijk zijn dat ik vind dat we in angst aanjagende tijden leven. Zo verklaar ik de verrechtsing en de verharding van het (geo-)politieke toneel. Een van ons wordt een iconisch boek genoemd. Ik ben het daarmee eens. Ik noem het een hoop-loos boek. Het is in mijn ogen een must-read.

Interessante links:
> Vrij Nederland, Boekenbijlage 7 januari 1989
> Wikipedia

Geplaatst in Lezen | Plaats een reactie

De psychologie achter populisme

Ik ken Huub Buijssen niet, maar de titel van zijn boek trok wel meteen mijn aandacht: De verborgen psychologie achter populisme. Het boek stond bij de sprinters: recent uitgegeven boeken die je in de bibliotheek kort én tegen betaling kunt lenen. Als ik non-fictie boeken leen, lees ik ze vaak niet van kaft tot kaft. Hetgeen de schrijver wil vertellen, krijg je gauw genoeg te horen en ik ervaar de rest dan als boekenvulling. Zo heb ik dít boek niet gelezen. Ik moest het wel van kaft tot kaft lezen… Inmiddels is De verborgen psychologie van populisme opnieuw uitgegeven (een geactualiseerde versie, denk ik, hoewel de versie die ik las ook al in 2024 verscheen). Uit de titel is het woord verborgen geschrapt…

Populisme is niet uitsluitend van rechts of van links. Het is van allebei de politieke kampen. Kenmerkend is dat populisten de gewone man (jou en mij) aanspreken en dat wij (in) hen geloven. Onderzoek wijst uit dat populisten nou juist niet goed zorgen voor de gewone man; ze zorgen vooral goed voor zichzelf en voor hun eigen kliek. En uiteindelijk zorgen ze ook nog eens voor (veel) ellende.

We leven in een wereld waarin onzekerheid troef is. “Onzekerheid is onze enige zekerheid,” is een vaak gehoorde uitspraak. Mannen en vrouwen die in eenvoudige taal beloven dat het allemaal weer behapbaar en beter wordt (= zoals vroeger, toen de wereld – in retrospectief… – nog overzichtelijk was), nemen steeds vaker en nadrukkelijker het politieke podium in beslag, met instemming van een substantieel deel van de bevolking. Als je dit helder geschreven boek leest, begrijp je welke psychologische processen achter een populistische beweging schuilgaan. Buijssen koppelt politicologisch aan psychologisch onderzoek en daardoor begrijp ik beter wat er in de wereld gaande is. Ik vind het allemaal best beangstigend… Het meest beangstigende vind ik trouwens het feit dat politieke partijen uit het midden niet in staat zijn een antwoord te formuleren op een populistische tendens!

Ik hoop dat veel politieke leiders maar ook heel veel kiezers dit boek willen lezen en bereid zijn na te denken over de materie. En ik wens ons allen toe dat de rede, het sociale en het fatsoen het winnen van de angst, de ik-gerichtheid en de onredelijkheid. Ik besef dat rede en fatsoen pijn gaan doen… maar een wereld die in brand wordt gezet door populistische leiders, gaat op de lange duur nog veel meer pijn doen, daar ben ik van overtuigd.

Geplaatst in Lezen, Persoonlijk | Tags: | 1 reactie

De eerste week…

Als je googelt met de zoekterm ‘pensioen’, ‘gepensioneerd’ enz., dan krijg je vooral veel plaatjes te zien van oude, kromgebogen mannetjes en vrouwtjes die bij voorkeur met een stok lopen of uitgeput in een stoel of hangmat hangen te ‘genieten’. Zó stereotiep!

Of ik er naar uitkeek, naar mijn pensioen? Nee… niet echt. Tot grote verwondering van velen, die mij toeriepen dat het Grote Genieten nu eindelijk kon gaan beginnen – of woorden van gelijke strekking. Weet je, ik deed mijn werk dolgraag: het was leuk, zinvol, gezellig, interessant, leerzaam, nuttig, … dus ik had niet echt de behoefte om mijn kantoorrugtas aan de wilgen te hangen.

Of ik er tegenop zag, tegen dat pensioen? Ja, een beetje wel. Een beetje. Terugblikkend geloof ik dat het vooral een acceptatieproces was. Naarmate dé datum naderde, had ik er steeds meer vrede mee. Ik verzette me minder. Ik gaf me eraan over. En dat kon ik omdat ik een paar jaar geleden driekwart jaar werkeloos ben geweest en uit die ervaring kon ik putten: ik had me geen moment verveeld.

Kortom, ik ben met pensioen gegaan met – om het in goed Nederlands te zeggen – mixed feelings. En nu is mijn eerste week voorbij en is het gewoon weekend. De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat het wel iets minder ‘weekenderig’ voelt dan voorheen. Ik had de afgelopen dagen ook moeite met de namen van de dagen. Donderdagochtend bijvoorbeeld stond ik in de Odin voor verse melk, in de overtuiging dat het vrijdag was. Nee dus. Een dag te vroeg. Oeps!

Terugblikkend op die eerste week, kan ik zeggen dat het een aardige week was. Het weer was niet echt om over naar huis te schrijven, dus we zijn voor mijn gevoel veel te weinig naar buiten geweest. Ik had in deze eerste week allerlei medische afspraken gepland, waardoor de dagen wat verbrokkelden. Ik heb een dag heerlijk voor AVS gewerkt – iets wat ik voorlopig blijf doen met de status van vrijwillig medewerker. Voorst heb ik een lijst opgesteld van allerlei grote en kleine dingen die moeten gebeuren. Van het bestellen van handdoekhaakjes tot een planning maken voor het grondig aanpakken van mijn man cave (wat een vreselijk woord is dat in feite…); van het schoonmaken, invetten en opruimen van mijn wandelschoenen tot het me verdiepen in de aanschaf van een nieuwe PC…

De lijst is intussen lang genoeg om een paar weken (wat zeg ik? maanden!) zoet mee te zijn. Als ik dan ook nog wat meer tijd neem om te lezen, naar muziek te luisteren, vrienden op te zoeken, en als de weergoden zorgen voor af en toe een lekker zonnetje zodat we eropuit kunnen, dan ga ik mijn pensioen wel overleven. Laat ik het zo stellen: ik ga Francien Oomen niet vragen om een boekje te schrijven met de titel “Hoe overleef ik mijn pensioen”!

Kortom: ik denk wel dat ik het kan ;-).

Geplaatst in Persoonlijk | 1 reactie

Goeroes

Ik ga vrijwel elke week even naar de bibliotheek, meestal om boeken in te leveren en de via de bibliotheek app bestelde boeken op te halen. Ik laat dan altijd mijn blik dwalen over de Sprinters (recent verschenen boeken die je maar kort mag lenen) en over de net (door anderen) binnengebrachte boeken. En dan valt mijn blik soms op een boek dat mij nieuwsgierig maakt… Zo kwam ik in (tijdelijk want geleend) bezit van Stine Jensens Goeroes.

De ondertitel van Goeroes luidt: “Mijn zoektocht naar de verleidingen en gevaren van moderne spiritualiteit.” Driemaal werd ik dus getriggerd: Stine Jensen heeft meestal wel iets te melden; iets meer te weten komen over goeroes lijkt me interessant; en van de verleidingen & gevaren van moderne spiritualiteit wil ik graag wat meer weten.

Stine Jensen beoefent al vele jaren Kundalini Yoga en dat heeft haar veel goeds gebracht. Kundalini Yoga is een dynamische vorm van yoga die werkt met diverse technieken: oefeningen, mantra’s zingen, meditatie. Stine Jensen heeft zich ingeschreven voor een Yoga Retraite in Frankrijk, op de ashram van Karta Singh. Vanaf het moment dat ze aankomt voelt het allemaal niet echt lekker aan, en na twee of drie dagen besluit ze te vluchten. Hals over kop keert ze terug naar Nederland en ze komt erachter dat ze mogelijk gedrogeerd is. Dat is voor haar de aanleiding om te onderzoeken wat er is gebeurd – en hoe het kan dat zoiets gebeurt. Hoe komt het dat 59 vrouwen in Frankrijk blijven en dat één verbijsterd en volkomen in de war terug naar huis snelt…

Charisma blijkt een kernbegrip te zijn. Jensen diept het onderwerp uit in deelthema’s: de charismatische goeroe, de charismatische groep, charismatische technieken, charismatische emoties, charismatische ideeën. Ze leest en voert gesprekken. Het boek geeft veel informatie op een heel vanzelfsprekende manier: het leest lekker weg en reikt toch ook voortdurende denkstof aan.

Geplaatst in Lezen | Plaats een reactie

Maan en zon

Ik heb een mooi boek gelezen van een Belgische schrijver waar ik nog nooit van had gehoord: Stefan Brijs (1969). Hij schrijft romans en essays. Hij werd opgeleid tot onderwijzer, debuteerde in 1997 met zijn roman De verwording en sinds 1999 is hij fulltime schrijver.

Maan en zon speelt zich af op Curaçao. Geen logische keuze voor een Belg, maar ik heb ergens gelezen dat zijn vrouw daar is opgegroeid. Er zijn dus banden met het eiland… Maan en zon gaat over Max, zijn vader Roy en zijn moeder Myrna, zijn vrouw Lucia en hun zoon Sonny. En vooral ook over Curaçao en zijn sociale geschiedenis. Een artikel in de Volkskrant van 19 juli 2001 is de inspiratiebron, als ik dat in dit geval zo mag formuleren, voor het boek. Het artikel staat op de laatste bladzijde van de roman en ik adviseer je om het ook als laatste te lezen.

Max vliegt in de nacht van 18 op 19 juli 2001 van Curaçao naar Amsterdam. Die nacht blijft broeder Daniel, de verteller, op om terug te blikken op het leven van Max, die hij in 1961 leerde kennen toen Max door zijn vader Roy naar de school werd gebracht. Max kwam bij broeder Daniel in de klas. Roy is taxichauffeur en rijdt in een Dodge Matador.

Het boek vertelt hoe Max opgroeit, niet in de voetsporen van zijn vader wil treden maar daar door omstandigheden toch in belandt. Max trouwt, zijn eerste kindje, een dochter die ze Luna noemen, wordt te vroeg en dood geboren. Een tijd later kondigt Sonny zich aan en de zwangerschap en geboorte verlopen deze keer goed.

Intussen is het allang 1969 geweest: vóór die tijd was Curaçao vooral een Nederlandse kolonie waar de blanken het voor het zeggen hadden en de zwarte bevolking in armoede leefde. Een grote staking bij de olieraffinaderij van Shell is een breekpunt. De zwarte bevolking krijgt de kans om het allemaal zelf te gaan regelen maar dit mondt uit in een dramatische toename van corruptie en drugscriminaliteit. Ik herinner me nog de zgn. bolletjesslikkers: jongens die op het vliegtuig werden gezet nadat ze een heleboel bolletjes hadden geslikt waarin cocaïne zat.

Broeder Daniel schrijft de hele nacht door zijn herinneringen op. Hij is zelf van kleur en was lange tijd de enige monnik en onderwijzer van kleur in het klooster en op de school. Hij wacht op een telefoontje van Max als die op Schiphol is geland. Dat telefoontje komt als de broeder net even weg is voor het ochtendgebed. Max is veilig aangekomen.

Ik vind Maan en zon een mooi boek. Het vertelt over drie generaties van een Curaçaose familie. Voor- en tegenspoed wisselen mekaar af. Naarmate het boek naar zijn einde gaat, voel je er onderhuids een zekere beklemming in sluipen… En dan die laatste bladzijde, dat artikel uit de Volkskrant. Een mokerslag.

Geplaatst in Lezen | 1 reactie

Paspoort miserie

Ken je het verhaal van de man die in de kerstvakantie naar Ierland is geweest? Wel, hij kwam thuis en legde zijn paspoort op de trap. Later nam hij het mee naar boven waar het op een van de stapeltjes op zijn bureau belandde…

In maart had hij zijn paspoort nodig om iets te regelen. Het document bleek onvindbaar… Hij zou bovendien in de meivakantie naar Groot-Brittannië op vakantie gaan en daar kom je niet in zonder paspoort. En dus werd eind maart de reis naar Antwerpen ondernomen voor het aanvragen van een nieuw paspoort.

Door omstandigheden kon de man zijn paspoort niet meteen ophalen en ‘gelukkig’ ging de reis naar Groot-Brittannië niet door. En zo komt het dat de man vandaag in de trein naar Antwerpen zit…

Eergisteren vroeg vrouwlief de man om zijn winterjassen van de kapstok te halen, ze wilde ze gaan wassen. De man deed wat hem was gevraagd en checkte zelf de jaszakken op achtergebleven handschoenen. Hij vond zijn paspoort terug dat inmiddels als vermist was opgegeven en dus onbruikbaar geworden.

Dat noemen ze nou paspoort miserie. Nobody else to blame than his miserable self.

Geplaatst in Persoonlijk | 1 reactie

Zomers pinksterrondje Westert

Er staat een zonovergoten Pinksteren in de weersverwachting. We kunnen nu wel binnenshuis wat gaan klussen, maar we kiezen voor een frisse neus. De duinen bij Egmond Binnen zijn het doel.

Dit rondje hebben we een paar weken geleden ook gelopen en we zijn benieuwd of het water inmiddels al is gezakt. En ja, dat is het. Maar dat betekent niet dat je nu weer overal normaal kunt wandelen… In feite is het water maar enkele centimeters gezakt, is mijn inschatting. Echt opschieten doet het dus niet en je moet dus nog steeds rekening houden met beperkingen…

Hieronder een fotoverslag.

Geplaatst in Duinen, Wandelen | Plaats een reactie

Zuid-Kennemerland

Het is woensdag en er is (opnieuw) een mooie dag voorspeld. De zon is van de partij, maar een kil windje laat zich voelen, zodanig zelfs dat ik even spijt heb dat ik mijn jas heb thuis gelaten als we onder het poortgebouw door buitenplaats Elswout oplopen.

Elswout ligt bij Overveen en dus ook in de buurt van Noord-Hollands provinciehoofdplaats Haarlem: tussen de bomen door zie je de torens van de stad. We zijn in Zuid-Kennemerland.

Wikipedia meldt het volgende over Elswout:

Buitenplaats Elswout wordt beheerd door Staatsbosbeheer, maakt deel uit van het Natura 2000 gebied Nationaal Park Zuid-Kennemerland en is opengesteld voor het publiek. Het huis is sinds begin eenentwintigste eeuw weer particulier bezit en herbergt luxe kantoren. De buitenplaats dankt zijn ontstaan aan zandafgravingen in de zeventiende en achttiende eeuw ten behoeve van de aanleg van de Amsterdamse grachtengordel. De waterlopen in het gebied zijn aangelegd om het duinzand te kunnen afvoeren. De parkaanleg in Engelse stijl dateert uit het begin van de negentiende eeuw. Zware beukenbomen domineren het park. Er groeien veel stinsenplanten en de buitenplaats staat bij mycologen bekend om de grote variatie aan bijzondere paddenstoelen. In het park staan naast het landhuis onder meer stallen en een oranjerie. Het monumentenregister noemt het landhuis ‘Een der monumentaalste voorbeelden van op de 16de-eeuwse Italiaanse villa’s geïnspireerde 19de-eeuwse landhuizen in Nederland.’

In januari waren we ook op Elswout, op een zondag, en toen was het restaurant in de orangerie open. Dat is nu gesloten, maar er is wel bedrijvigheid: buiten zit een groepje schilders in de zon te genieten van een kopje koffie. Binnen zien we steigers en ladders: hier wordt onderhoud gepleegd! We komen langs een theekoepeltje waarvan de binnenmuren ontsierd zijn door graffiti: waarom oh waarom doen mensen dit!? Aan de overkant van een brede sloot lopen we het parkbos in… Sierlijk kronkelen de lanen door het bos waar eiken, beuken en esdoorns volop aan het uitlopen zijn. Op sommige plekken lijkt het alsof het heeft gesneeuwd: daslook bedekt de bodem, duizenden planten groeien hier… Uiteindelijk bereiken we de plek waar we voor gekomen zijn: het pad slingert er door een zee van felgele doronicums (hartbladzonnebloem). Een feest voor het oog!

Met een knuppelbrug gaan we het water over en dan volgt een lang, wat saai stuk tot we weer afdalen naar de brede beek. Hier staat een leuke folly met een afdak en een bankje ervoor: ideaal voor een rustpauze. Ik neem een slok water en geniet van de Liga die ik als tienuurtje heb meegenomen.

We hebben een hele tijd de pijltjes van de rode wandeling gevolgd, maar daar zijn we nu van afgeweken. Langs de beek lopen we verder met uitzicht op weilanden en daarachter huize Elswout. Ten slotte komen we bij een lila geschilderde brug: die was in januari nog afgesloten want bouwvallig. We lopen achter de stallen door en komen uit bij het kasteel, waar we weer linksaf gaan om door het weiland aan de andere kant van het water terug te lopen richting de plek waar we zonet hebben gerust.

In het open landschap voelen we opnieuw de frisse wind maar al gauw lopen we terug in de beschutting van het parkbos. We komen nu langs een prachtig stuk waar we nog niet eerder zijn geweest! Waterpartijen, weer een knuppelbruggetje, duizenden dikkopjes in het water, romantische paadjes… en dan bereiken we het open landschap waar alweer een theekoepeltje staat met mooie, kleurige ramen.

Zoals Wikipedia al zegt, staat Elswout bekend om zijn stinsenplanten. Dat zijn planten die vaak uit zuidelijker regionen zijn ingevoerd maar zich toch thuis voelen in ons klimaat. Het woord stinsenplant (ook wel stinzenplant gespeld) komt van het Friese woord stins, dat stenen huis betekent. In die stenen huizen woonden gegoede families, die dikwijls landgoederen bezaten. Het woord stinsenplant is waarschijnlijk in 1932 voor het eerst gebruikt door de heemkundige Jacob Botke (1877-1939), die hierbij geïnspireerd werd door de naam stinzeblomkes, die de bevolking van Veenwouden gaf aan het Haarlems Klokkenspel, dat daar rondom de Schierstins groeide. De Schierstins is de enige overgebleven middeleeuwse stins in Friesland!

We wandelen naar en om het huis en door een brede dreef komen we terug bij het poortgebouw… 5,25 kilometer hebben we gelopen. Ik heb geen pijn gehad, het gaat de goede kant uit met het herstel van de zenuwen in mijn onderbeen en voet…

We stappen in de auto en rijden een paar kilometer naar het noorden, naar Santpoort-Zuid. Vandaag is de ruïne van Brederode wél open! Over een schelpenpaadje tussen het water en een loopbrug boven het water bereiken we het poortgebouw oftewel de voorburcht. Mijn oog valt meteen op een blauw bordje dat de naam Brederodestraat draagt en mij zeer bekend voorkomt. En inderdaad: het is een Antwerps straatnaambord. Ik heb vroeger af en toe door de Brederodestraat gefietst (geen aangename straat want 1) druk, 2) tramrails en 3) kasseien) en ik heb er ook eens ingevallen op de lagere school: een klasje met negen kinderen die geen van allen Nederlands kenden omdat ze nog maar pas in België waren aangekomen. Ik leerde een paar ondeugende Marokkaanse woorden – oh wat hadden we een plezier!

Bij een raam kopen we toegangskaartjes en we bestellen maar meteen thee, koffie en appelgebak.

Op het gras, hoog boven het water heeft een gans een nest gebouwd. Het vrouwtje zit te broeden, het mannetje houdt de wacht. Eenieder die een tafeltje kiest onder de bomen bij het water, wordt agressief verjaagd… Ook ons wacht dit lot en wij zoeken een veilig onderkomen aan een tafel die wat verder van de broedende gans staat. Na deze stevige ‘lunch’ bezoeken we de ruïne. We klimmen zelfs met een wenteltrap naar het dak van het donjon vanwaar je een mooi zicht hebt op de omgeving en op de andere delen van de burcht! Destijds lag de burcht middenin moerassig land. Holland was hier op zijn smalst! De heren van Brederode hadden op deze strategische plek de controle over de Herenweg naar het noorden en over de dijk naar Spaarndam! Leuk weetje: de Herenweg vertrok op het Binnenhof in Den Haag! De ruïne van Brederode is een van de eerste Rijksmonumenten en wordt nu beheerd door de Stichting Heerlijkheid Brederode. Een groep vrijwilligers zorgt ervoor dat wij vandaag een bezoek kunnen brengen aan deze imposante historische site!

De burcht dateert uit het einde van de dertiende eeuw. Halverwege de veertiende eeuw wordt ze al verwoest en wat later weer opgebouwd. In 1426 is het weer raak, en pas in 1464 laat de negende Heer van Brederode het kasteel – in afgeslankte vorm – wederopbouwen als een edelmanswoning, met onder andere gemakken op elke verdieping! Het kasteel blijft dan bewoond tot 1492. Duitse huursoldaten houden er daarna huis en Spaanse soldaten doen dat nog eens dunnetjes over na het Beleg van Haarlem (1573). De familie Brederode heeft dan al bijna twee eeuwen Kasteel Batestein in Vianen als hoofdverblijf… In 1679 sterft de 29-jarige Wolfert van Brederode ongehuwd en kinderloos, en daarmee komt er een einde aan het geslacht Brederode. Het familiewapen neemt Wolfert mee in zijn graf. Wat rest is deze machtige ruïne.

Om het vakantiegevoel vast te houden, rijden we niet terug naar huis over de A9 maar kiezen we een route binnendoor… Velserbroek, Driehuis, IJmuiden, pontje naar Beverwijk, Heemskerk, Castricum, de Egmonden.

Geplaatst in Cultuur, Geschiedenis, Wandelen | Plaats een reactie

Landgoed Beeckestijn

Bij Velsen ligt een aantal landgoederen en een daarvan is Beeckestijn. Hendrick de Keyser Monumenten beheert het kasteel en Natuurmonumenten draagt zorg voor het prachtige park. Na de ‘lange’ wandeling van gisteren is dit een ideale bestemming: veel moois op een kleine oppervlakte – en overal bankjes… De zon maakt het feest compleet!

Om half tien parkeren we onze trouwe, blauwe bolide op de parkeerplaats. Er staan – tegen de verwachting in – nog maar enkele auto’s. Ook in het park valt de rust op. Daar waar Beeckestijn vaak overspoeld wordt door joggers, hondenuitlaters en wandelaars, zien we vanmorgen slechts af en toe een wandelaar passeren. Vaak met hond, dat dan weer wel… Het kasteel ligt te schitteren in het felle aprilzonnetje. Het wit doet zeer aan mijn ogen. De zonnebril ligt thuis…

Eerst lopen we een rondje door de neobarokke tuin. Daar bloeit nog maar weinig, over een goeie maand zal dat wel anders zijn. Immer mooi is de ronde vijver in het midden. De marmeren beeldengroep ‘Schaking van Venus en Amor door Vulcanus’, die wordt toegeschreven aan de beeldhouwer Bartholomeus Eggers (1690-1692), trekt zoals altijd mijn aandacht. Hij is gemaakt voor de inmiddels verdwenen buitenplaats Watervliet in het huidige Velsen-Noord (aan de andere kant van het Noordzeekanaal). De berceau is nog niet dichtgegroeid… Een berceau wordt ook wel een loofgang genoemd en is een pad met aan beide zijden heggen, die aan de bovenzijde naar elkaar zijn gegroeid, zodat een soort tunnel ontstaat.

We slenteren door een brede laan achter het kasteel langs en lopen de kruidentuin in. Ook hier bloeit er amper wat, maar de tuin ligt er verzorgd bij. Dat was in het verleden wel eens anders… Toen Beeckestijn nog in gebruik was als landgoed, waren hier een moestuin, een kersenboomgaard en kassen. We zien twee slangenmuren, speciaal gebouwd voor het leifruit. In Nederland zijn er nog maar acht van deze muren. Door de slingerende vorm houdt de muur de zonnewarmte langer vast. Zo kan er exotisch fruit groeien, bijvoorbeeld perziken en abrikozen.

We nemen ook een kijkje in het doolhof. De buxushagen staan er half leeg gevreten bij. Blijkbaar koestert men hier toch de hoop dat ze op de wat langere termijn de vraat van de larven van de buxusmot weer te boven zullen komen!? Voor we verder lopen, keren we terug naar het voormalige ‘noorder’ koetshuis, waar Brasserie Beeckestijn is gevestigd. Ook open op maandag, voorheen gesloten op zondag maar dat is veranderd… Na een lekkere kop koffie en een stukje boterkoek lopen we het park weer in. Een brede allée voert van het kasteel naar de grote vijver. De rechter grasstrook is wit van de Madeliefjes, het Fluitenkruid en het Haarlems Klokje. De fontein doet het weer!

Het park achter het kasteel is formeel aangelegd: rechte lanen doorsnijden het. Maar toch is het ook in zekere zin enigszins speels omdat elk carré weer anders is ingevuld. Naast het hierboven al genoemde doolhof is er ook een historische boomgaard waar de Velser kers weer geoogst wordt. Naarstig speurwerk bracht de onderzoekers in Oostenrijk waar nog enkele oorspronkelijke Velser kersenbomen groeiden. Deze werden geënt en in 2014 legde Natuurmonumenten – weliswaar op een andere plaats dan voorheen – de kersenboomgaard aan. Op de plattegrond zie je goed dat het achterste deel van het park heel anders is: daar is de Engelse landschapsstijl gebruikt.

We steken het grasveld over (losloopgebied voor honden…) en wandelen langs de duinrel, onder majestueuze eiken en beuken naar het kapelletje.

Het kapelletje is… geen kapelletje maar een arbeiderswoning die de familie Boreel omstreeks 1770 liet bouwen voor haar personeel. Vaak woonde er een tuindersgezin in. We noemen zo’n ‘gek huis’ een folly (“een bouwkundige dwaasheid”). De Engelsen zijn er dol op. Zo zagen wij ooit vanuit het raam van een landhuis dat we bezochten, een kerktoren achter een heuvel uit steken. Er bleek daar helemaal geen dorpje te liggen en zelfs geen kerk te staan. De lord vond het echter wel een leuk idee om de illusie te wekken dat er een dorpje achter de heuvel lag, en liet op de heuvelrug de punt van een kerktoren bouwen.

Op 20 april jongstleden is de kapelwoning officieel in gebruik genomen als vakantiehuisje: Hendrick de Keyzer Monumenten verhuurt het. Het is de eenentwintigste vakantiewoning die de stichting in de verhuur heeft. Zal wel niet goedkoop zijn… maar het ziet er allercharmantst uit!

Over brede lanen lopen we terug naar de brasserie, waar we een tafeltje hebben gereserveerd voor de lunch. Een (heerlijke) pleister op de wonde voor het feit dat we nu niet rondlopen in Devon… We kiezen voor een lunchproeverij. De brasserie schenkt prima wijnen en het volledige assortiment van de Gulpener Brouwerij, maar wij houden het bij een kopje thee. Het schijnt dat je hier erg lekker kunt dineren – dat gaan we zeker een keer doen. Als we iets bijzonders te vieren hebben…

Na de lunch rijden we naar Santpoort-Zuid (tien minuutjes) waar we een blik willen werpen op de kasteelruïne van Brederode. Voor vrouwlief is Brederode een primeur. Ik ben er ooit wel eens geweest, maar dat is lang geleden. Ik kampeerde toen een paar nachtjes met de vijfde klas (groep zeven) van de Nicolaas Beetsschool op de Nivon camping Schoonenberg. Sweet memories… We staan allebei paf. Wat een imposante burcht moet hier ooit hebben gestaan! Helaas is de site op maandag (en dinsdag en donderdag) gesloten. We komen zeker terug!

Geplaatst in Cultuur, Wandelen | 1 reactie

Winderige wandeling

We zijn nu eind april en ik ben voorzichtig aan ’t opbouwen met lopen… Er is een grijze, winderige zondag voorspeld maar aan het einde van de ochtend lijkt er volgens meerdere weerapps een breuk in de bewolking te zitten – en die willen we meepakken. We parkeren net ten noorden van Bakkum Noord: Noorderstraat heet de parkeerplaats. Tijdens de rit ernaartoe bespeuren we inderdaad de eerste blauwe scheuren in het wolkendek en als we uitstappen, hebben we gelijk een felle opklaring te pakken. Zon en wolken zullen mekaar de komende drie uur in sneltreinvaart afwisselen. De wind, nu kracht zes, wordt straks kracht acht!

Vlakbij de parkeerplaats ligt een retraitehuis: Transitium ZeeVELD – Geef je leven een wending. Eerlijk gezegd ga ik zowat over mijn nek als ik dat soort kretologie lees… Het retraitehuis interesseert me trouwens ook niet, mijn blik wordt getrokken door het enorme weiland dat erachter ligt: een zee van wiegende pinksterbloemen… Om erover uit te kijken, moet je over een zanderig pad lopen tot bij een slagboom. Het pad is veranderd in een modderbrij en ernaast klatert letterlijk een beekje dat het water afvoert uit het aanpalende bos!

En inderdaad, we beginnen onze wandeling over het fietspad, want het paadje door het bos is overstroomd! Na een paar honderd meter verlaten we de verharde weg en lopen we een zandpad in. PWN heeft hier met buizen onder het pad een doorvoer gemaakt voor het overtollige water! We lopen nu aan de andere kant van het pinksterblommenweiland. De voorjaarskleuren zijn zo mooi en sprankelend als de zon van de partij is!

De afgelopen weken heb ik mijn wandelradius voorzichtig uitgebreid. Van vijftig meter naar honderd meter, driehonderd meter… en gisteren bijna twee kilometer. Aan het einde van het pad zit de eerste kilometer er al op. Ik heb geen zin om nu al terug te keren naar de auto dus ik besluit nog een stukje mee te lopen met vrouwlief.

We komen bij het zogenaamde Weitje van Brasser. Tot mijn grote genoegen worden de eigenaren van een loslopende hond op de bon gezet door de boswachter. Waarom vinden mensen het toch zo moeilijk om zich aan regels te houden? Ook een dame die over een koeienpaadje komt aanlopen wordt door de boswachter aangesproken; zij komt er vanaf met een waarschuwing. Wij moeten onze toegangskaarten laten zien: geen probleem. Het is altijd even zoeken op mijn telefoon naar de PWN app, dat wel.

Op plaatsen waar nooit water staat, liggen nu uitgestrekte duinmeertjes. We willen het paadje ten noorden van het Weitje van Brasser nemen, maar dat gaat ‘m niet worden: het pad is veranderd in een beek!

Honderd meter verderop loopt er een parallel pad door het bos, dat blank staat. Na twee minuten lopen we ook hier vast. Het pad wordt steeds modderiger en ten slotte verdwijnt het helemaal onder water… Omkeren maar!

Er zit niets anders op dan het fietspad te volgen tot we bij de Scheilaan komen, maar eerst nemen we een lange rust op een bankje tegenover een prachtig bloeiende vogelkers: ik wist niet dat die boomsoort zó groot kon worden!

Ook op de Scheilaan moeten we door een paar zompige plekken navigeren en mijn blauwe wandelschoenen hebben daarna de kleur bruinzwart. Ik voel dat het koude water naar binnen sijpelt… Maar voorbij de tweede bocht ligt de zandweg er droog bij en zonder verdere uitdagingen bereiken we het grote meer op het Doornvlak en het Boetje van Kees: een vogelkijkhut.

De boswachter vertelde ons daarstraks dat hier Geoorde Futen te zien zijn en inderdaad, we zien een stelletje op het water. Ze zitten overigens meer onder dan op het water! Elke keer als een van de twee boven komt, hoor je het geklik van de camera’s van de aanwezige vogelaars!

Na een tijdje heb ik er genoeg van en lopen we verder. Gezien de hoeveelheid water in het duinmeer, vermoed ik dat het pad aan de westkant overstroomd is. Dat wil ik wel eens zien. We zijn verbijsterd: de paden hier zijn veranderd in brede rivieren en overal staat water. Er is geen doorkomen aan!

We keren op onze schreden terug en lopen maar weer over het fietspad naar het Weitje van Brasser. Na alweer een rust – maar het gaat goed, mensen, het gaat goed! – lopen we het bos in naar een brede greppel die door mensenhanden is gegraven en waar altijd wel water in staat. Nu staat er geen water – het stroomt er!

Intussen is de wind aangewakkerd tot een stormachtige wind. De kruinen van de bomen zwiepen heen en weer en er komt een inktzwarte lucht aanzetten. Mijn voet begint pijn te doen maar de wandelstok brengt verlichting. We houden het droog tot aan de auto. De paarse wolk is inmiddels uiteen gewaaid en de regen beperkt zich tot wat gespetter op de voorruit.

Zes kilometer hebben we gelopen. Ruim drie uur hebben we erover gedaan en meermaals hebben we een rustpauze genomen op een bankje. Maar ik ben blij, zó blij dat ik dit alweer kan! Tijdens de rit naar huis vindt mijn linkerbeen het niet fijn om de ontkoppeling in te trappen, maar zonder problemen komen we thuis. De wandelschoenen worden schoongespoeld, ze zijn weer blauw! Ik eet twee sneetjes roggebrood met kaas en drink een mok Engelse thee. Daarna leg ik me op de bank en val in slaap. Een welverdiend middagdutje, daar kan ik zo van genieten…

Geplaatst in Duinen, Wandelen | 2 reacties